Charles-Joseph de Ligne
Belgische prins, veldmaarschalk en schrijver / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Charles-Joseph Lamoral, zevende prins van Ligne en van het Heilig Roomse Rijk, soeverein graaf van Fagnolle, grande van Spanje, ridder in de Orde van het Gulden Vlies (Brussel, 23 mei 1735 – Wenen, 13 december 1814) was een Zuid-Nederlands edelman, veldheer, diplomaat en schrijver. Hij was een geliefd causeur in de salons en hoven van Brussel, Parijs-Versailles, Sint-Petersburg en Wenen. Zijn passies waren oorlog en vrouwen, maar ook in het theater en in de tuinarchitectuur kon hij zijn enthousiasme kwijt. Hij vocht in Oostenrijkse dienst en ook in een Russische veldtocht. Hoewel hij opklom tot veldmaarschalk, beschouwde hij zijn briljant gestarte legercarrière als mislukt. Toen hij in 1794 door de Franse Revolutie zijn bezittingen in de Nederlanden verloor, ging hij zich volledig toeleggen op het schrijven. Daarin toonde hij zich een begaafd essayist en memorialist. Hij was toegankelijk voor verlichte ideeën, maar behoorde tot het Europa van het ancien régime. In zijn laatste levensjaar kende hij nog een moment de gloire op het Congres van Wenen, als belichaming van de voorbije 18e eeuw. Over dat gebeuren deed hij de beroemde uitspraak: Le congrès ne marche pas, il danse (Het congres loopt niet, het danst).
Charles-Joseph de Ligne | ||
---|---|---|
1735 - 1814 | ||
Portret door Charles Le Clercq (1780) | ||
7de prins van Ligne Prins van Épinoy en Amblise | ||
Periode | 1766 - 1814 | |
Voorganger | Claude Lamoral II de Ligne | |
Opvolger | Eugène de Ligne | |
Graaf van Fagnolles | ||
Periode | 1770 - 1794 | |
Graaf van Geleen en Amstenrade | ||
Periode | 1767 - 1779 | |
Geboren | Brussel, Oostenrijkse Nederlanden | |
Overleden | Wenen, Heilige Roomse Rijk | |
Vader | Claude Lamoral II van Ligne | |
Moeder | Elisabeth Alexandrine van Salm | |
Dynastie | Huis Ligne | |
Partner | Marie Franziska | |
Kinderen | 7, zie "Huwelijk en kinderen" |