ageren

ågeren も参照。

オランダ語

発音

• IPA(?): /aːˈɣeːrə(n)/ :

語源

中期オランダ語 ageren < ラテン語 agere

動詞

ageren (弱変化 語尾-d)

1. (自動詞) （法的手続きなどを）行（おこな）う。
2. (自動詞) 戦闘に参加する。

ageren (弱変化)の活用
不定詞	ageren
過去 単数形	ageerde
過去分詞	geageerd
不定詞	ageren
現在分詞	ageren 中性
動名詞	—
	現在形	過去形
第一人称単数	ageer	ageerde
第二人称単数 (jij)	ageert	ageerde
第二人称単数 (u)	ageert	ageerde
第二人称単数 (gij)	ageert	ageerde
第三人称単数	ageert	ageerde
複数	ageren	ageerden
接続法単数1	agere	ageerde
接続法複数1	ageren	ageerden
命令法単数	ageer
命令法複数1	ageert
分詞	agerend	geageerd
1) 古語.

関連語

• actie
• reageren

---

デンマーク語

名詞

ageren 通性

1. agerの限定単数形。