Korenschijnspurrie
soort uit het geslacht Spergularia / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Korenschijnspurrie (Spergularia segetalis, synoniem: Delia segetalis, Spergula segetalis) is een eenjarige plant uit de anjerfamilie (Caryophyllaceae), die van nature voorkomt in Zuid- en Zuidwest-Europa. De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als niet meer aanwezig in Nederland. Is vroeger uitsluitend in Zuid-Limburg waargenomen en na 1939 verdwenen.[1] Het aantal chromosomen is 2n = 18.
Korenschijnspurrie | ||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | ||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||
Soort | ||||||||||||||||||
Spergularia segetalis (L.) G. Don (1831) | ||||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | ||||||||||||||||||
Korenschijnspurrie op Wikispecies | ||||||||||||||||||
|
De plant wordt 2 - 10 cm hoog en heeft dunne, opstijgende, onbehaarde stengels. De 10 - 15 mm lange en 0,3 - 0,8 mm brede lijnvormige bladeren hebben een stekel aan de punt. De zilverkleurige steunblaadjes zijn bovenaan gefranjerd. De bovenste schutbladen ontbreken.
Korenschijnspurrie bloeit van mei tot in juli met witte 2 - 3 mm grote bloemen in een losse bloeiwijze. De bloemkroon is de helft korter dan de kelk. De spitse kelkbladen zijn tot aan de groene gevleugelde middennerf vliezig. De lange, afstaande bloemstelen zijn na de bloei teruggeslagen. De bloem heeft drie stempels.
De vrucht is een driekleppige doosvrucht. De zwarte, peervormige, 0,3-0,4 mm grote zaden hebben wrattige puntjes en zijn niet gevleugeld.