Fagocyt
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Een fagocyt is een type witte bloedcel die schadelijke deeltjes, bacteriën en dode of stervende cellen opruimt door middel van fagocytose (omsluiting). Fagocyten vernietigen ziekteverwekkers en vormen een essentieel onderdeel van het aangeboren immuunsysteem.[1] De naam fagocyt komt van het Griekse phagein, wat 'verslinden' of 'eten' betekent. Fagocyten zijn goed ontwikkeld bij gewervelde dieren. Een liter menselijk bloed bevat ongeveer zes miljard fagocyten.
Tot de professionele fagocyten behoren vele soorten witte bloedcellen, zoals neutrofielen, monocyten, macrofagen, mestcellen en dendritische cellen. Deze immuuncellen hebben gespecialiseerde receptoren op hun membraan die lichaamsvreemde deeltjes detecteren.[2] Fagocyten zijn cruciaal voor de bestrijding van infecties en voor de instandhouding van gezonde weefsels door dode en stervende cellen te verwijderen.
Fagocyten migreren met behulp van chemische signalen naar de plaats waar een lichaamsvreemd organisme het lichaam is binnengedrongen. Wanneer een fagocyt in contact komt met een bacterie, zal de fagocyt zich via zijn receptoren vasthechten en de bacterie verzwelgen. De meeste fagocyten doden de ingenomen pathogeen door middel van reactieve zuurstofverbindingen.[3] Nadat de pathogeen inwendig is vernietigd, zal de fagocyt kleine fragmentjes (peptiden) van de pathogeen presenteren op zijn membraan: antigeenpresentatie. Het lichaamsvreemde materiaal wordt op deze manier aangeboden aan andere cellen van het immuunsysteem, zoals lymfocyten. Die kunnen vervolgens specifiek tegen de ziekteverwekker in actie komen.