Genesis 1:1
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Genesis 1:1 (hoofdstuk 1, vers 1 van het boek Genesis) is het eerste Bijbelvers van de Hebreeuwse Bijbel. Het is het openingsvers van het scheppingsverhaal van de joodse en later ook de christelijke gemeenschappen. In dit vers wordt gesteld dat God de hemel en de aarde, de Bijbelse benaming voor het gehele universum, heeft geschapen. Dit is binnen zowel het jodendom als het christendom een van de belangrijkste leerstellingen van hun geloof. In het Hebreeuws en Nederlands luidt het vers als volgt:
- בְּרֵאשִׁית בָּרָא אֱלֹהִים אֵת הַשָּׁמַיִם וְאֵת הָאָרֶץ In Nederlands alfabet: Beresjiet bara Elohiem et hasjamajiem ve'et ha'arets.
- Inden Beginne schiep Godt den Hemel ende de Aerde. (Statenvertaling, 1637)[1]
- In het begin schiep God de hemel en de aarde. (Nieuwe Bijbelvertaling)