Heksenprocessen te Amersfoort en Utrecht
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Deze reeks van heksenprocessen waren tussen 1591 en 1595 gestart in Amersfoort, maar de beschuldigden stonden in Utrecht voor een hogere rechtbank terecht. De verdachten werden gefolterd en gedwongen om de namen van anderen te noemen. Enkelen overleden tijdens de foltering. Voordat de beschuldigden verbrand werden, werden ze vaak half of licht gewurgd.
Rond 1570 woedde de Tachtigjarige Oorlog in alle hevigheid en had men geen tijd om heksen te vervolgen. Amersfoort was in deze oorlog diverse keren van Staatse naar Spaanse handen gegaan en vice versa. Na 1580 was Amersfoort in Staatse, protestantse handen. Na 1590 nam het oorlogsgeweld af en kregen de regenten de tijd om orde te scheppen in de eigen gelederen.
Waarschijnlijk heersten er tussen 1580 - 1600 in Amersfoort armoede en werkloosheid. In 1592 werd Amersfoort getroffen door een wolvenplaag en in 1595 door een watersnood.
Men vond zondebokken in impopulaire personen die zich verdacht hadden gemaakt door anderen te 'zegenen' (door woord of gebaar trachten invloed uit te oefenen). Als die zegeningen ongunstig afliepen, sprak men van beheksing. Mogelijk kwamen hun executies de regenten ook goed van pas als afschrikwekkend middel om de in die periode heersende maatschappelijke onrust en losse zeden te corrigeren.