Kabinet-Van Hall-Donker Curtius
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Het kabinet-Van Hall-Donker Curtius was een conservatief Nederlands kabinet van 19 april 1853 tot 1 juli 1856.
Kabinet-Van Hall-Donker Curtius | ||||
---|---|---|---|---|
Kabinet in Nederland | ||||
Politieke kleur | Conservatief | |||
Start | 19 april 1853 | |||
Demissionair | 24 juni 1856 | |||
Eind | 1 juli 1856 | |||
Voorganger | Thorbecke I | |||
Opvolger | Van der Brugghen | |||
Lijst van Nederlandse kabinetten | ||||
|
Dit koninklijke kabinet trad aan na de Aprilbeweging van 1853. Kort na zijn aantreden ontbond het kabinet de Tweede Kamer. De verkiezingen leverden winst voor de conservatieven en antirevolutionairen op. Minister Van Hall wist de godsdienstige gemoederen tot bedaren te brengen door een nietszeggende Wet op de kerkgenootschappen.
De ministers waren overwegend conservatief of conservatief-liberaal. Ook de vroegere medestander van Thorbecke, Donker Curtius, maakte deel uit van het kabinet. De koning speelde een belangrijke rol bij de totstandkoming van het kabinet. Onder de ministers was de voormalige directeur van het kabinet van de Koning, Van Rappard.
Het kabinet trad af nadat de antirevolutionairen onder leiding van Guillaume Groen van Prinsterer kritisch reageerden op de ontwerp-Wet op het lager onderwijs van minister Van Reenen. Ook buiten de Kamer bestond verzet daartegen. De koning koos de zijde van Groen en de opposanten. De periodieke verkiezingen voor de Tweede Kamer van 1854 en 1856 leidden er bovendien al toe dat de liberale oppositie werd versterkt. De koning formeerde daarop grotendeels zelf een nieuw kabinet.