Meekrapstoof
installatie voor het drogen en verwerken meekrapwortels / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Een meekrapstoof of meestoof was een installatie op een landbouwbedrijf voor het drogen en verwerken van de geteelde bijwortels van de meekrap. In Nederland kwam deze teelt voornamelijk voor in Zeeland, West-Brabant en op de Zuid-Hollandse eilanden. Het gewas meekrap werd al in de 14e eeuw geteeld. Bereiding in meestoven bestond zeker al in de 16e eeuw. In 1819 waren er 90 meestoven in Nederland. Sporen van deze nijverheid vindt men terug in die streek aan de hand van de naam van sommige wegen en dijken: Stoofdijk, (Stavenisse, Dinteloord, Steenbergen) en Stoofweg (Zonnemaire, Renesse, Hellevoetsluis)
De meekrapwortels werden geteeld om er de kleurstof alizarine ofwel Turks rood of kraplak uit te bereiden. Het is een overblijvend gewas dat na 2 of 3 jaar kan worden geoogst. De plant werd vermeerderd via de uitlopers. Zaad van de uit Voor-Aziƫ afkomstige plant kwam in Zeeland niet tot ontwikkeling.