Oliestook
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Met de term oliestook werd in het algemeen ruimteverwarming door middel van aardolieproducten bedoeld.
Er kwamen vier soorten brandstof in aanmerking, die in de volgorde van duur naar goedkoop, en van lichte naar zware fractie als volgt kunnen worden ingedeeld:
De lichtere soorten (petroleum en lichte huisbranddolie) werden vooral door particulieren gebruikt. Zware huisbrandolie en vooral stookolie is enkel geschikt voor grote installaties, zoals centrale verwarming en collectieve verwarming. Collectieve verwarming werd wel toegepast in flatgebouwen. De olie werd aangeleverd door een petroleumboer.
Voordeel van oliestook boven de kolenkachel is dat de bediening veel eenvoudiger is. Dit maakt het mogelijk om in meerdere vertrekken een kachel te plaatsen, wat bij kolenstook bezwaarlijk was. Ook is oliestook schoner. Nadeel ten opzichte van gaskachels is dat een olietank noodzakelijk is. Deze kon bij particulieren in het voormalige kolenhok worden opgesteld, en werd soms ook in de grond ingegraven. Het opstarten kon weleens aanleiding geven tot ploffen, als er een plas olie in de kachel kwam te staan.