Orde van Vrijmetselaren onder het Hoofdkapittel der Hoge Graden in Nederland
vrijmetselaarsorde in de Hogere graden / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De Orde van Vrijmetselaren onder het Hoofdkapittel der Hoge Graden in Nederland (kortweg: de Orde der Hoge Graden) is een Nederlandse obediëntie, oftewel een koepel van vrijmetselaarsloges, die werkt in de hogere graden van de Moderne of Franse Ritus. De loges worden binnen de Orde aangeduid als kapittels. Het lidmaatschap van een kapittel is het oudste vervolgpad[1] voor vrijmetselaren in Nederland vanuit de symbolieke – of 'blauwe' - loges van de Orde van Vrijmetselaren onder het Grootoosten der Nederlanden
De Franse Ritus is daadwerkelijk afkomstig uit Frankrijk, maar heeft ook wortels in Engeland en Schotland. De Ritus bestaat uit zeven graden, de eerste drie hiervan (Leerling, Gezel en Meester) worden verleend in een symbolieke loge. De hogere graden binnen de Ritus zijn vervolgens:
- de 4e graad: Élu, Uitverkoren meester
- de 5e graad: Écossais, Schots meester of Ridder van St. Andries
- de 6e graad: Chevalier d'Orient, Ridder van het Oosten of Ridder van de Degen
- de 7e graad: Soeverein Prins van het Rozenkruis
Sinds 1854 wordt binnen de Orde der Hoge Graden alleen nog in de 7e graad gewerkt, de andere drie graden zijn buiten gebruik gesteld. Het christelijke karakter van de oorspronkelijke Ritus werd vanaf het begin van de twintigste eeuw sterk terug gebracht.
Leden van een kapittel zijn automatisch ook lid van de Orde. Om lid te kunnen worden van een kapittel moet men minstens één jaar Meester vrijmetselaar zijn. De Orde der Hoge Graden is een typisch Nederlands vervolgpad, maar in Frankrijk is de Franse Ritus eind vorige eeuw ook weer opgebloeid[2] en zijn er kapittels gesticht.