Rijnlandse boezem
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De Rijnlandse boezem is een stelsel van oppervlaktewateren, meren, kanalen, watergangen en sloten, die met elkaar in open verbinding staan en die in beheer zijn bij het hoogheemraadschap Rijnland, een waterschap in de Nederlandse provincies Noord- en Zuid-Holland. Samen vormt het stelsel een boezem, ook wel hoofdwaterstelsel genoemd,[1] vooral bedoeld voor het afvoeren van teveel aan water, maar ook voor de ontvangst van effluent van rioolwaterzuiveringen. De Rijnlandse boezem fungeert ook als afvoersysteem van het water uit de regio Woerden, dat onder beheer is van het hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden.
De totale oppervlakte van de Rijnlandse boezem is circa 4500 ha.[2]
Binnen het gebied van het hoogheemraadschap Rijnland liggen circa 200 polders, die elk een eigen waterpeil hebben. Als er te veel water is, malen gemalen het in de richting van de boezem.[3] De boezem heeft geen vast peil, maar is gemiddeld 60 centimeter beneden Normaal Amsterdams Peil (NAP). In de zomer wordt gestreefd naar NAP −0,61 meter, in de winter naar NAP −0,64 meter.[1] Het op peil houden vergt automatisering. In juli 2018 werd een besturingssysteem ingevoerd, ontwikkeld door het hoogheemraadschap samen met Deltares.[4]
Als er te weinig water is in periodes van droogte, pompt het boezemgemaal Gouda het water vanuit de Hollandse IJssel. Mocht het water in de Hollandse IJssel te zout worden, dan wordt de Klimaatbestendige Wateraanvoervoorziening ingezet via het hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden.
Verschillende boezemwateren hebben ook een functie als (provinciale) vaarweg.[2]