Uitbreiding van de Europese Unie
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
De uitbreiding van de Europese Unie is een proces waarbij nieuwe staten toetreden tot de Europese Unie. Het proces begon met de oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal door België, de Bondsrepubliek Duitsland, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Nederland in 1952. Sindsdien is de Europese Unie zeven keer uitgebreid. Na de laatste uitbreiding met Kroatië in 2013 had ze 28 lidstaten. Na de uittreding van het Verenigd Koninkrijk per 1 februari 2020 zijn dat er nog 27. Het proces van uitbreiding van de EU wordt soms ook Europese eenwording genoemd, alhoewel deze term vooral gebruikt wordt voor de intensivering van de samenwerking tussen EU-lidstaten.


Het toetredingsproces beoogt dat de kandidaat-lidstaten het Unie-acquis bereiken, een voorwaarde voor toetreding. Dit houdt in dat de landen hun wet- en regelgeving in lijn moeten brengen met de EU-standaarden en Europese regel- en wetgeving in hun nationale wetgeving moeten implementeren. Dit wordt gedaan aan de hand van de Criteria van Kopenhagen (naar de top in Kopenhagen in juni 1993), waar elke kandidaat-lidstaat aan moet voldoen. Er worden onder meer eisen gesteld aan de economie en aan een stabiele democratische rechtstaat met respect voor wetten en de daarmee samenhangende vrijheden en instituten. Volgens het Verdrag van Maastricht moet elk lidstaat en het Europees Parlement instemmen met de toetreding van een nieuw lid.
Anno 2022 zijn de toetredingsonderhandelingen met vijf staten geopend, waarvan die met Turkije feitelijk opgeschort zijn, en hebben nog eens drie landen de kandidaat-status in afwachting van de opening van het werkelijke toetredingsproces. Op 31 januari 2020 verliet voor de eerste keer een lidstaat de EU: het Verenigd Koninkrijk.