Onder Nebukadnezar II (605-562 v.Chr.) komt het Nieuw-Babylonische Rijk tot grote bloei. Hij start de bouw van grote bouwwerken in Babylon. Het paleis, de stadsmuren en de tempeltoren zijn grotendeels zijn werk. De rijkshoofdstad wordt een wereldstad, die op velen een diepe indruk maakt, waaronder de Joden, die erover schreven in het Oude Testament. Ook de Hangende tuinen van Babylon zijn een toonbeeld van de welvaart in deze periode.
587 v.Chr.: Na de vernietiging van de eerste Tempel van Jeruzalem door de Babyloniërs vertrekt een deel van de bevolking van Juda naar Egypte; het grootste deel van de bevolking gaat in ballingschap naar Babylon. In Babylon worden de Judeërs ondergebracht in afgesloten nederzettingen, waardoor zij hun tradities en religie binnen een omgeving met een ander geloof kunnen bewaren.
522 v.Chr.: Na de dood van Cambyses II, pleegt Darius I een staatsgreep.
ca515 v.Chr.: Darius I sticht de hoofdstad Persepolis.
ca500 v.Chr.: Het Oud-Perzische Rijk bereikt zijn grootste omvang van 6.500.000 km² en bevat het grondgebied van hedendaags Armenië, Turkije, Syrië, Israël, Irak, Iran, Afghanistan, Egypte en delen van Griekenland en Pakistan. (zie kaart).
Handel, scheepvaart en koloniën
Koning Kroisos van Lydië voert een belangrijke munthervorming in. Voortaan worden er zowel gouden als zilverenstaters gebruikt in plaats van de elektrumstater. Het gewicht van een gouden stater is minder dan dat van de elektrum stater: de waarde is gelijkgebleven, maar goud is meer waard dan elektrum. Munten worden algemeen als geld gebruikt, ook in het dagelijks leven.
Griekse kolonisten uit Klein-Azië stichten de handelsnederzetting Massilia (Marseille) en planten er ook enkele wijngaarden aan.
Griekse handelaren knopen handelsrelaties aan met Tartessos en stichten verscheidene nieuwe nederzettingen in Zuid-Spanje. De bekendste van deze Griekse kolonies is Mainaka, het huidige Málaga. Ten slotte worden ze door de Carthagers verdreven.
Op de Noord-Afrikaanse kust wordt Utica overvleugeld door Carthago: de westelijke Fenicische koloniën en handelsposten worden door Carthago overgenomen en de stad sticht zelf ook veel nieuwe koloniën.
De koningen van Carthago worden vervangen door Suffeeten; er worden er elk jaar twee gekozen door de Volksvergadering.
De Griekse kuststeden van Ionië (de westkust van Klein-Azië) lijden steeds erger onder Perzische druk: de verovering van Egypte en van de Hellespont worden een ernstig obstakel voor hun overzeese handel. Om hun gemeenschappelijke belangen te verdedigen, verenigen verschillende steden zich in een statenbond, het zogenaamde Panionion. Vooral Milete biedt fel weerstand aan de Perzen, die de welvarende handelsstad willen annexeren.
In Milete, een belangrijke handelsstad aan de kust van Klein-Azië, gelegen op een kruispunt van karavaanroutes, woont in deze eeuw een aantal natuurfilosofen van wie de ideeën zijn overgeleverd, en die we benoemen als School van Milete.
Tijdens de periode van de Achaemeniden wordt het Zoroastrisme de godsdienst van de heersers en de meeste mensen in Perzië. De nieuwe godsdienst is een vervanging van de verering van traditionele Arische goden; ze benadrukt een universele strijd tussen goede en kwade goden. Zoroastrisme en zijn mystieke leiders, genaamd Magi, zullen een bepalend element in de Perzische cultuur worden.
Europa
De Etruskische cultuur is de eerste grote beschaving op het Italisch schiereiland, en in hun bloeitijd (7e - 5e eeuw v.Chr.) vormen de Etrusken, die in het huidige Toscane leven, een van de hoogst ontwikkelde volken van de oudheid. De filigreintechniek, afkomstig uit Syrië, is door de Etrusken uit het Midden-Oosten meegenomen naar Europa. Zij verfraaien hun sieraden met spinnetjes. Het hoogtepunt van deze Etruskische kunst ligt in de 6e-5e eeuw voor Christus.