Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
Lela Zečković (Varaždin, 6 februari 1936 − Triëst, 12 februari 2018) was een Kroatische literair vertaalster en dichteres.
Lela Zečković | ||||
---|---|---|---|---|
Algemene informatie | ||||
Geboren | 6 februari 1936 | |||
Geboorteplaats | Varaždin, Kroatië | |||
Overleden | 12. februari 2018 | |||
Overlijdensplaats | Triëst, Italië | |||
Dbnl-profiel | ||||
|
Ze was in Varaždin in Kroatië geboren. Ze heeft haar basis- en middelbare school opleiding in Zagreb gevolgd waar ze ook filosofie studeerde. Na afronden studie filosofie verhuisde ze naar Amsterdam waar ze ook slavistiek studeerde. Ze publiceerde haar eerste lied in 1954 in Polet, een studentenschrift in Zagreb. Als vertaler heeft ze werken van beroemde schrijvers die in het Servo-Kroatisch schreven in het Nederlands vertaald, zoals Een grafmonument voor Boris Davidovitsj[1] van Danilo Kiš, Kinderjaren in Agram[2] van Miroslav Krleža, maar ook literaire werken van Marija Čudina en Vasko Popa onder andere.
In Nederland debuteerde ze met de Nederlandstalige dichtbundel Belvédère in 1981, met door haar zelf vanuit het Servokratisch naar het Nederlands vertaalde gedichten, waarvoor ze twee jaar later de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs kreeg van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde.[3]
Ze deed ook veel voor (de nalatenschap) van haar echtgenoot Hans Faverey (1933-1990) voor wie zij in 1959 naar Nederland kwam. Ze werd wetenschappelijk medewerker en docente aan het instituut voor Slavische Talen en Letterkunde van de Universiteit van Amsterdam. Ze overleed aan de gevolgen van kanker.[4]
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.