Loading AI tools
Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
Resolutie 181 van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties van 29 november 1947, beter bekend als Resolutie 181 of het VN-verdelingsplan behandelde het toekomstig bestuur van het Mandaatgebied Palestina. Hierbij werd aan Groot-Brittannië als de uitvoerder van het Mandaat en aan alle lidstaten van de VN de aanbeveling gedaan[1] dat, na beëindiging van het Britse mandaat over Palestina, dit land verdeeld zou worden in een onafhankelijke Joodse en een onafhankelijke Arabische staat, volgens het opgestelde Verdelingsplan. Beide staten zouden een economische unie vormen. Dit is de VN-resolutie waar de staat Israël formeel zijn stichting op 14 mei 1948 op baseerde, alhoewel het in werkelijkheid een aanzienlijk groter deel dan het toegekende gebied bezette en tot op de dag van vandaag geen officiële grenzen accepteert.
Resolutie 181 | ||
---|---|---|
Van de | Algemene Vergadering van de Verenigde Naties | |
Datum | 29 november 1947 | |
Nr. vergadering | 128 | |
Code | A/RES/181(II) | |
Stemming | voor 33 onth. 10 tegen 13 niet 1 details | |
Onderwerp | Israëlische Onafhankelijkheidsoorlog | |
Beslissing | Beëindiging van het Britse mandaatgebied Palestina Creatie van een Arabische én een Joodse staat in Palestina. | |
Kaart verdelingsplan. |
Het verdelingsplan heette officieel "Plan of Partition with Economic Union", vertaald "Plan voor een verdeling met Economische Unie". Het bestond uit drie delen:
In deel I werd onder meer gesteld dat:
De uitvoering en alles wat ermee te maken had moest voor een periode van 10 jaar van kracht blijven en zou voortduren tot een aankondiging om te stoppen door welke partij dan ook werd gegeven; wat dan twee jaar later in kon gaan. Gedurende de tien jaar mocht er niets veranderd worden dan alleen met toestemming van beide partijen en goedkeuring van de Algemene Vergadering. Wanneer de onafhankelijkheid van ofwel de Arabische dan wel de Joodse staat ten uitvoer zou zijn gebracht zoals in dit plan werd beschreven, en de resolutie en uitvoering ervan zoals in dit plan werd beschreven door wie dan ook van hen ondertekend zou zijn, dan zou welwillend zijn inschrijving in overweging genomen moeten worden voor toelating tot zijn lidmaatschap in de Verenigde Naties in overeenstemming met Artikel 4 van het Handvest van de Verenigde Naties.
Elk geschil dat gerelateerd was aan de toepassing of interpretatie van de resolutie moest op verzoek van welk van beide partijen dan ook, voorgelegd worden aan het Internationaal Hof van Justitie, tenzij de partijen zouden besluiten tot een andere manier om tot overeenkomst te komen.
Deel II van de resolutie beschreef de grenzen van zowel de Arabische als de Joodse staat die uiterlijk 1 oktober 1948 gevormd moesten zijn.
Palestina werd in acht delen verdeeld, waarvan drie toebedeeld waren aan de Arabische Staat en drie aan de Joodse Staat. Het zevende deel betrof de stad Jaffa. Dat moest een Arabische enclave worden in Joods gebied.
Het achtste deel ging over Jeruzalem, dat internationale bestuurd zou worden door het United Nations Trusteeship Council.[2]
Deel III beschreef het bestuur, de grenzen en het statuut van de stad Jeruzalem/ al-Quds. Het statuut voor Jeruzalem mocht niet later dan 1 oktober 1948 van kracht worden en zou nog 10 jaar van kracht blijven. Na afloop van deze periode moest er een evaluatie plaatsvinden door de Raad van Bestuur over het functioneren ervan. De inwoners van de stad moesten dan de vrijheid hebben om in een referendum hun wensen te kennen te geven voor een eventuele wijziging van het bestuur van de stad.
De Algemene Vergadering stelde een Commissie in die de aanbevelingen van de Algemene Vergadering, onder leiding en volgens de maatregelen van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, moest helpen uitvoeren samen met de mandataris, het Verenigd Koninkrijk. Deze Commissie moest geleidelijk de verantwoordelijkheid overnemen in de gebieden waar de Britse strijdkrachten zich terugtrokken.[3]
Dit plan, dat de vorming van een Joodse staat inhield, werd omhelsd door het Jewish Agency for Palestine. Alle Arabische leiders verzetten zich heftig tegen het plan, aangezien het volgens hen de principes uit het Handvest van de Verenigde Naties ten aanzien van zelfbeschikkingsrecht schond. Ook verklaarden zij dat ze zich zouden verzetten tegen elk ontwerp dat zou leiden tot opsplitsing, segregatie of deling van Palestina, of dat bijzondere voorkeursrechten en status zou geven aan een minderheid.[4]
Daar kwam bij dat de Arabische staat Jeruzalem niet als hoofdstad zou krijgen, een van de drie heilige steden van de Islam. Jeruzalem moest volgens dit plan onder internationaal bestuur komen. Ook de havenstad Haifa met de olieraffinaderijen zou voor de Arabische staat verloren zijn, evenals een eindpunt van de belangrijke oliepijpleiding uit Irak. Het havenstadje Jaffa zou weliswaar Arabisch blijven, maar ingesloten worden door Joods gebied. Ook zou de Arabische staat geen verbinding hebben met de Rode Zee. Ook werd de gebiedsverdeling als onrechtvaardig beschouwd: de Arabische bevolkingsgroep, nog steeds de meerderheid, zou minder grondgebied worden toebedeeld dan de Joodse.
Het kwam tot ongeregeldheden en geweld tussen Joodse en lokale Arabische milities. De Hagana onder leiding van Israel Galilli was hierop voorbereid en had in het noorden en zuiden van Palestina troepen samengetrokken. Dit alles was voor de VN en VS reden genoeg tot ernstige twijfel over de wenselijkheid en de haalbaarheid van dit verdelingsplan. Maar voor wijzigingen daarvan was het nu te laat. Einde 1947 waren al Arabieren uit hun dorpen verdreven. Joden en Arabieren hadden al de dood gevonden. In de Arabische wereld hadden politici al politieke stellingen betrokken en oorlogsretoriek gebezigd[5].
Na de terugtrekking van de laatste Britten op 15 mei 1948 kwam het tot de Arabisch-Israëlische Oorlog van 1948, waarin
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.