Loading AI tools
Noors componist (1856–1941) Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
Christian August Sinding (Kongsberg (provincie Buskerud), 11 januari 1856 – Oslo, 3 december 1941) was een Noors componist, muziekpedagoog en violist. Hij was een zoon van het echtpaar Matthias Wilhelm Sinding (1811-1860) (mijnbouwingenieur) en Cecilie Marie Mejdell (1817-1886) en daarmee een broer van de beeldhouwer Stephan Sinding en ook van de kunstschilder Otto Sinding. Door velen wordt Christian Sinding naast Edvard Grieg als de belangrijkste romantische Noorse componist beschouwd, maar een 8-weeks NSDAP-lidmaatschap in de laatste levensjaren van de componist heeft er voor gezorgd, dat zijn muziek voor tientallen jaren werd geboycot en vergeten en hij alleen nog bekend bleef vanwege zijn Frühlingsrauschen, (1896) voor piano, op. 32 nr. 3.
Christian Sinding | ||||
---|---|---|---|---|
Volledige naam | Christian August Sinding | |||
Geboren | 11 januari 1856 | |||
Overleden | 3 december 1941 | |||
Land | Noorwegen | |||
Jaren actief | 1877-1936 | |||
Stijl | Romantiek | |||
Beroep | Componist, Violist | |||
Nevenberoep | Muziekpedagoog | |||
Instrument | Viool | |||
Leraren | Gudbrand Bøhn L.M. Lindeman Henry Schradiek Salomon Jadassohn Carl Reinecke | |||
Belangrijkste werken | Symfonie nr. 1 in d Symfonie nr. 4 Vinter og vår (Winter en lente) Pianoconcert in Des Romance in D-majeur, voor viool en orkest Frühlingsrauschen (1896), op. 32 nr. 3 | |||
(en) IMDb-profiel | ||||
(en) Allmusic-profiel | ||||
(en) Discogs-profiel | ||||
(en) MusicBrainz-profiel | ||||
|
Sinding verhuisde na de dood van vader met moeder en het hele gezin van Lillehammer naar Christiania. Na zijn opleiding op school kreeg hij muzieklessen bij Gudbrand Bøhn en L.M. Lindeman en werkte 2 jaar in de pianofabriek van de gebroeders Hals. Toen werd hij toegelaten als student aan het conservatorium te Leipzig. Aanvankelijk wilde hij violist worden en studeerde viool bij Henry Schradiek, maar tijdens zijn studie muziektheorie (1874 tot 1877) bij Salomon Jadassohn schreef de laatstgenoemde in 1877 in het certificaat, dat hij slechts matig getalenteerd was. Hij onderbrak zijn muziekstudie en speelde in Oslo in orkesten onder leiding van Edvard Grieg en Johan Severin Svendsen mee. In deze tijd kreeg hij ook belangstelling voor componeren. In 1879 ging hij naar Leipzig terug en studeerde aan het conservatorium bij Carl Reinecke compositie. Nog in hetzelfde jaar werd in Leipzig een Sonate voor viool en in Oslo een Sonate voor piano van hem uitgevoerd. Deze, alsook de meeste van de vroege composities, heeft hij later vernietigd.
Een studiebeurs van de Noorse regering maakte het hem mogelijk een onafhankelijk leven te leiden en hij vertrok naar München. Daar leerde hij de muzikale wereld van Richard Wagner kennen en dat had later ook invloed op zijn composities. In deze tijd ontstonden zijn eerste composities, die ook gepubliceerd werden.
Alhoewel hij regelmatig financiële steun vanuit Noorwegen kreeg, verbleef hij veetig jaar in Duitsland. In de jaren 1920 en 1921 werkte hij als gast-professor voor compositie aan de Eastman School of Music in Rochester (New York).
Sinding bereikte zijn doorbraak als componist met een concert op 19 december 1885 in Christiania. Uitgevoerd worden zijn Strijkkwartet in A-majeur (later vernietigd), de later als op. 1 gepubliceerde Alte Weisen, voor zangstem en piano - tekst: gedichten van Gottfried Keller en het Kwintet in e-mineur, voor 2 violen, altviool, cello en piano, op. 5. De Noorse critici waren onverdeeld positief, in het bijzonder het Kwintet, op. 5 liet originaliteit, harmonie en schoonheid horen, was de mening. Bij een concert op 19 januari 1889 in het Gewandhaus te Leipzig was het wederom het kwintet op. 5 dat groot succes oogstte. In 1890 ging zijn Symfonie nr. 1 eveneens in Christiania in première, die met haar donkere grondstemming en door uitbarstende crescendi getekend werd, het oogstte ook een enthousiast ontvangst bij critici en publiek. In 1898 voltooide Sinding zijn Concert nr. 1 in A-majeur, voor viool en orkest, op. 45 in Londen. Op 22 maart 1907 dirigeerde Felix Weingartner in Berlijn de première van de Symfonie nr. 2 in D-majeur, op. 83. Zijn bekendste werk is ongetwijfeld de Zes stukken, voor piano, op. 32. De nr. 3 eruit Frühlingsrauschen werd heel spoedig erg populair. In 1912 voltooid hij na 3 jaar werk zijn enige opera Der heilige Berg, op. 111, die op 19 april 1914 in première ging. Zijn vele liederen (rond de 250), vooral de zangcycli op. 18, 28 en 75 kunnen de vergelijking met het werk van Grieg in hetzelfde genre doorstaan. Op 13 januari 1936 dirigeerde Harald Heide in Bergen de première van zijn Symfonie nr. 4 "Vinter og vår (Winter en lente)".
De muziek van Sinding is niet zo typisch Noors als die van Grieg; er zijn sporen te vinden van de Noorse volksmuziek en folklore maar de stijl van Sinding heeft meer onder invloed gestaan van Liszt en Wagner. In zijn pianoconcert, opgedragen aan Erika Nissen, gebruikt hij klassieke vormen, maar de delen zijn door hun thematische onderlinge samenhang met elkaar verbonden tot een eenheid. De belangrijkste thema's in het tweede en derde deel zijn dus transformaties van het openingsthema van het eerste deel. In het tweede deel komt Sinding behoorlijk in de buurt van het impressionisme van Debussy.
In 1941, twee maanden voor zijn dood, werd gemeld dat de zeer populaire componist in de Noorse nazi-partij Nasjonal Samling toegetreden is. Voor alle mensen die hem kenden was het een eigenaardig besluit, omdat hij al sinds jaren aan zware dementie leed. Maar het gevolg was dat hij lange tijd in zijn vaderland tot persona non grata werd verklaard.
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.