Emily Elizabeth Constance Jones
Brits filosoof / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Emily Elizabeth Constance Jones (Llangarron, 19 februari 1848 - 9 april 1922) was een Brits filosofe aan de universiteit van Cambridge en collega van Bertrand Russell en G.E. Moore. Haar bijdragen liggen in het gebied van de metafysica, ethiek en vooral in de logica. Ze werd door velen van haar tijdgenoten zoals F.C.S. Schiller, George Stout en C.S. Peirce beschouwd als een autoriteit op vlak van de filosofische logica. Zo anticipeerde zij al in haar werk op het onderscheid tussen Sinn en Bedeutung gemaakt door Gottlob Frege en tussen betekenis (meaning) en bereik (denotation) van de vroege Bertrand Russell. Haar belangrijkste werk is A New law of Thought and its Logical Bearings (1911). Op vlak van ethiek was zij studente van de utilitarist Henry Sidgwick, door wie zij geprezen werd. Ondanks grote waardering door haar tijdgenoten is zij vandaag de dag echter praktisch geheel vergeten.
Emily Elizabeth Constance Jones | ||||
---|---|---|---|---|
Constance Jones in 1916, geschilderd door John Lavery | ||||
Persoonsgegevens | ||||
Geboren | 19 februari 1848, Llangarron, Herefordshire, Wales | |||
Overleden | 9 april 1922 | |||
Land | Verenigd Koninkrijk | |||
Beroep | filosoof | |||
Oriënterende gegevens | ||||
Domein | metafysica, ethiek en logica | |||
Belangrijkste ideeën | law of significant assertion | |||
Belangrijkste werken | ||||
1911 | A New law of Thought and its Logical Bearings | |||
|