Isostasie

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Isostasie en isostatisch evenwicht zijn termen die worden gebruikt om de toestand van gravitationeel evenwicht van een drijvend voorwerp in een vloeistof aan te duiden.

Iceberg.jpg
Een ijsberg drijft in water, waarbij een aanzienlijk deel van de ijsberg zich onder het wateroppervlak bevindt. Op dezelfde manier "drijft" in de Aarde de lithosfeer op de asthenosfeer.

Isostasie komt voort uit het principe van Archimedes, die tijdens een bad zag dat als een object onder water gebracht wordt, de massa van het water dat verplaatst wordt gelijk is aan de massa van het gehele object. Hoe zwaarder het object, hoe groter het deel dat zich onder water bevindt.[1]

Een voorbeeld van isostasie is een drijvende ijsberg in de zee. Een gedeelte van de ijsberg zal zich onder water bevinden. Zowel de hoogte die het drijvende voorwerp (de ijsberg) heeft (ten opzichte van een willekeurig referentieniveau), als de diepte waartoe het object in de vloeistof doordringt hangen af van de volgende factoren:

  • de hoogte of dikte van het voorwerp
  • de dichtheid van het voorwerp
  • de dichtheid van de vloeistof

Men kan ook alleen met het ratio van de dichtheden rekening houden, de laatste twee factoren worden dan gecombineerd.

Isostasy.svg
In de geofysica wordt het isostatisch evenwicht tussen de lithosfeer en de asthenosfeer soms vereenvoudigd tot een 2-dimensionaal model van losse blokken van verschillende dikte (in de diepterichting "z"). In de afbeelding wordt voornamelijk Airy-isostasie afgebeeld, hoewel ook de dichtheid varieert. Legenda: 1 = dikte van de lithosfeer bij een gebergte; 2 = dikte van de lithosfeer bij een plateau; 3 dikte van normale continentale lithosfeer; 4 = dikte van oceanische lithosfeer; 5 = zeespiegel; 6 = elk blok zakt weg in de asthenosfeer, de dikke blokken verder dan de dunne; 7 = asthenosfeer.