Top Qs
Tijdlijn
Chat
Perspectief

Ottomaans Egypte

historisch land Van Wikipedia, de vrije encyclopedie

Ottomaans Egypte
Remove ads

De periode van Ottomaans Egypte (Osmaans: ایالت مصر, Eyālet-i Mıṣr) is in de geschiedenis van Egypte de periode na de Mammelukkensultanaat Caïro. Het duurde formeel tot 1914, maar in 1867 kwam Egypte onder Britse invloed.

Geschiedenis van Egypte

Dit artikel maakt deel uit van een serie over de geschiedenis van Egypte.
Thumb

Prehistorisch Egypte pre–3100 v. Chr.
Oude Egypte
Proto-dynastieke periode 3200-3032 v.Chr.
Vroeg-dynastieke periode 3032–2686 v. Chr.
Oude Rijk 2686–2181 v. Chr.
Eerste tussenperiode 2181–2055 v. Chr.
Middenrijk 2055–1650 v. Chr.
Tweede tussenperiode 1650–1550 v. Chr.
Nieuwe Rijk 1550–1069 v. Chr.
Derde tussenperiode 1069–664 v. Chr.
Late periode 664–332 v. Chr.
Grieks Egypte 332–30 v. Chr.
Alexandrijnse Oorlog 48 v. Chr.
Romeins Egypte 30 v. Chr.–640 CE
Vroeg-islamitisch Egypte 640-1517
Kruisvaardersinvasie van Egypte 1154-1169
Ottomaans Egypte 1517–1867
Franse bezetting 1798–1801
Semi-autonome provincie 1801-1882
Kedivaat Egypte 1867–1914
Modern Egypte
Britse overheersing 1882–1953
Sultanaat Egypte 1914–1922
Egyptische Revolutie van 1919
Koninkrijk Egypte 1922–1953
Egyptische Revolutie van 1952
Republiek 1953–nu
Vrije Officieren en Nasser 1952-1970
Verenigde Arabische Republiek 1958–1961
Verenigde Arabische Staten 1958–1961
Egypte onder Sadat 1970-1981
Egypte onder Moebarak 1981-2011
Egyptische Revolutie van 2011
Protesten en staatsgreep in 2013
Portaal  Portaalicoon  Geschiedenis
Portaal  Portaalicoon  Egypte
Remove ads

Ottomaanse Rijk

Samenvatten
Perspectief
Thumb
Murad Bey (ca. 1750-1801), Mamlukse cavaleriecommandant van Georgische afkomst, de facto heerser over Egypte, de laatste jaren voor 1798, samen met Ibrahim Bey. Getekend door Dutertre in Description de l’Égypte, 1809

Zestiende eeuw

De Ottomaanse sultan Selim I was een erg gelovig soennitische moslim en probeerde alle moslims onder één bewind te krijgen. De opzet was zichzelf tot kalief uit te roepen. In 1516 begon hij met de verovering van Syrië, Palestina en liet de gevangengenomen laatste Abbaside kalief, Al-Mutawakkil III, in 1517 van Cairo naar Constantinopel brengen en maakte een einde aan de Mammelukkensultanaat Caïro in Egypte. Na 1517 trokken vele geleerden en ambachtslieden uit Caïro weg naar de Ottomaanse hoofdstad Constantinopel die nu Istanboel genoemd werd. Caïro verloor zijn vooraanstaande positie aan het expanderende en florerende Istanboel[1], maar bleef toch een belangrijk economisch en cultureel centrum, met transithandel van koffie en textiel uit India naar Anatolië, Noord-Afrika en de Balkan, en ook wel handel met de rest van Europa[2], vooral Frankrijk, bijvoorbeeld in specerijen, textiel, rijst, tarwe, suiker.

Zeventiende eeuw

Handel met zwart Afrika in goud, ivoor, laken, specerijen, koffie en slaven bleef onverminderd bloeien. Het systeem van ‘belasting verpachten’ (tax farming) waarbij de Ottomaanse regering het recht om belasting te innen verpachtte aan Mamlukken en oelama (moslimgeleerden) leidde echter tot uitbuiting van boeren, ambachtslieden en kooplui. Boeren die hun belastingen niet konden opbrengen verlieten hun dorpen en werden nomaden. Ook de rivaliteit tussen Mamlukken onderling, en tussen hen en de Ottomaanse gouverneurs, verarmde het land.

Achttiende eeuw

Eind 18e eeuw was Egypte armer, en geïsoleerder van Europa en de landen oostwaarts, dan drie eeuwen eerder. De bevolking, ooit tien miljoen, telde tegen 1798 vier miljoen zielen.

Er waren echter ook tekenen van terugkerende Egyptische zelfstandigheid en zelfbewustheid. Twee Mamlukse krijgsheren, Ali Bey Al-Kabir (1760-'72) en Muhammad Abu al-Dhabab ('72-'75) wisten tijdelijk de macht over Egypte te ontrukken aan de Ottomanen en lieten een centraal bestuur over Egypte, los van Constantinopel, vrij goed functioneren. Sommige etnische Egyptenaren werkten zich op tot grootgrondbezitter; de al-Azhar-universiteit beleefde een renaissance; intussen bleven de oelama recht spreken en openbare orde handhaven.

Thumb
Bonaparte voor de Sfinx, Jean-Léon Gérôme, 1867-1868
Remove ads

Franse bezetting (1798-1801)

Samenvatten
Perspectief
Thumb
De Britten, geleid door Horatio Nelson, verslaan de Fransen in de Slag op de Nijl (1 augustus 1798). Luny Thomas, 1834.

De Expeditie van Napoleon naar Egypte had een dubbel doel, een manier om Napoleon ver buiten het machtscentrum in Parijs te brengen en een studie om de Rode Zee te bereiken en zo de maritieme en economische hegemonie van het Britse Rijk te breken. In april 1798 voer de Franse generaal Napoleon Bonaparte de haven van Toulon uit met een vloot van 13 linieschepen, 42 fregatten en 130 transportschepen, met aan boord 34.000 soldaten en matrozen, 700 paarden en meer dan 1000 stukken veldgeschut. 1 juli landde hij bij Alexandrië. De met hun zwaard zwaaiende Mamlukken op hun paarden dolven het onderspit tegen de modern bewapende Fransen, die op 21 juli Caïro innamen. Napoleon stelde een regeringsraad in, bestaande uit oelama en afstammelingen van de profeet Mohammed. Na twee maanden was er rebellie van koopmansgildes en soefi-broederschappen tegen de Franse bezetters. De Fransen openden vanaf de citadel van Caïro het vuur op moskeeën.

Onder leiding van admiraal Horatio Nelson vond op op 1 augustus 1798 de Slag bij de Nijl plaats. Napoleons vloot was bij deze Britse overwinning vrijwel vernietigd. In juli 1799 probeerden de Ottomanen tevergeefs met een leger te landen bij Abu Qir. In maart 1801 wist een gezamenlijke Brits-Ottomaanse legermacht de Fransen te verslaan en verjagen. Vervolgens vertrokken ook de Britten, en bleef een Ottomaans bezettingsleger achter om de orde te herstellen.

Remove ads

Egypte als semiautonome Ottomaanse provincie (1801-1882)

Loading related searches...

Wikiwand - on

Seamless Wikipedia browsing. On steroids.

Remove ads