De eerste fase in wat later de Burnside-expeditie zou worden genoemd is de Slag om Roanoke Island. Deze amfibische operatie tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog vond plaats op 7 en 8 februari 1862 in de wateren voor de North Carolina Sounds. De Noordelijke invasiemacht bestond uit een flottielje kanonneerboten onder leiding van vlagofficier Louis M. Goldsborough, een tweede flottielje kanonneerboten die deel uitmaakte van het landleger en een legerdivisie die onder het bevel stond van brigadegeneraal Ambrose E. Burnside. De Zuidelijke strijdmacht bestond uit enkele kanonneerboten, de zogenaamde Mosquito Fleet onder leiding van kapitein William F. Lynch en ongeveer 2.000 soldaten onder leiding van brigadegeneraal Henry A. Wise. Vier forten en twee batterijen versterkten de verdediging van de regio. Tijdens de confrontatie was Wise gehospitaliseerd zodat zijn rechterhand, kolonel H. M. Shaw de leiding had over de verdediging.
Snelle feiten Onderdeel van de Amerikaanse Burgeroorlog, Datum ...
Slag om Roanake Island |
Onderdeel van de Amerikaanse Burgeroorlog |
|
Inname van Roanoke Island, 8 februari 1862, door Currier and Ives |
Datum |
7-8 februari 1862 |
Locatie |
Roanoke Island en Croatan Sound, North Carolina |
Resultaat |
Noordelijke overwinning |
Strijdende partijen |
|
Leiders en commandanten |
|
Troepensterkte |
|
Verliezen |
37 gedood, 214 gewond, 13 vermist |
23 gedood, 58 gewond, 62 vermist en 2.500 krijgsgevangen |
|
Sluiten
Snelle feiten Burnsides veldtocht in North Carolina ...
Sluiten
De eerste dag bestond voornamelijk uit een artillerieduel tussen de Noordelijke kanonneerboten en de Zuidelijke forten afgewisseld door aanvallen van de Mosquito Fleet. Tegen de late namiddag werden de Noordelijke soldaten aan land gezet zonder enige tegenstand. Ook werden er zes houwitsers aan land gebracht die bemand werden door matrozen. Het was te laat op de dag om een aanval uit te voeren, dus werd er beslist om een kampement te maken.
De aanval werd geopend op de tweede dag. Deze aanval werd tegengehouden door een artilleriebatterij en een tegenaanval van de Zuidelijke infanterie. Bij een tweede aanval werden de Zuidelijke flanken overvleugeld en moesten ze zich terugtrekken naar de forten. De forten werden omsingeld. Kolonel Shaw gaf de strijd op om verder zinloos bloedvergieten te vermijden.