Stroop-taak
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De Stroop-taak is in 1935 door de student John Ridley Stroop bedacht om tegenstrijdige reacties op te roepen.[1][2] Het effect was echter al eerder in 1929 door Jaensch beschreven.[3] In deze taak worden bijvoorbeeld de woordjes GROEN en ROOD voor korte tijd op een beeldscherm gepresenteerd. De woordjes worden daarbij zowel in de kleuren groen als rood en door elkaar afgebeeld, en de opdracht luidt zo snel mogelijk de kleur te benoemen. Het blijkt nu dat de vocale reacties veel trager zijn als de kleur niet overeenstemt met de inhoud van het woordje (incongruente conditie), dan wanneer hij wel daarmee overeenstemt (congruente conditie). Stroop vergeleek ook het lezen van een lijst met woorden die in zwart waren afgedrukt met een lijst van woorden in incongruente kleuren. Daarbij bleek de leestijd weinig te verschillen tussen beide lijsten.
Ook werden in de taak (ter controle) neutrale stimuli aangeboden zoals een rij kruisjes in de kleuren rood en groen. Het Stroop-effect is veel minder sterk als met een drukknop moet worden gereageerd (bijvoorbeeld rood: rechterknop, groen: linkerknop), hetgeen bewijst dat het effect berust op een specifiek conflict tussen vocale responsen op woordrepresentaties. Kennelijk zijn woordrepresentaties zo sterk verankerd in het brein, dat zij automatisch worden geactiveerd en interfereren met het benoemen van kleur. Conflict tussen tegenstrijdige reacties op prikkels uit de omgeving is in de psychologie ook in andere cognitieve taken onderzocht zoals in de Eriksen-taak.