Voetwortelbeen
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De voetwortelbeenderen of ossa tarsi[1] zijn de botten in de voet, gelegen tussen het scheenbeen (tibia) en het kuitbeen (fibula) enerzijds en de vijf middenvoetsbeentjes (één voor elke teen) anderzijds. De botjes bij elkaar worden tezamen ook wel voetwortel of tarsus (van het Griekse ταρσός, voet(zool)) genoemd. Het gewricht dat het scheenbeen en het kuitbeen met de voetwortel maakt, wordt het enkelgewricht genoemd.
Bij vogels en veel dieren is het vaak een lang bot (Tarsus) en lijkt het enkelgewricht op een knie die naar achteren buigt.
De zeven standaard bij de mens voorkomende voetwortelbeenderen zijn:
- talus[2] of sprongbeen
- calcaneus[2] of hielbeen
- os naviculare[2]
- os cuneiforme mediale[2]
- os cuneiforme intermedium[2]
- os cuneiforme laterale[2] (gezamenlijk de drie wiggenbeenderen)
- os cuboides[3] of teerlingbeen[4]