Wetenschapscommunicatie
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Wetenschapscommunicatie, vaak ook Wetenschaps- en Techniekcommunicatie (WTC) genoemd, verwijst in het algemeen naar publieke media gericht op het communiceren over bèta-wetenschappen met niet-wetenschappers. Vaak gaat het om professionele wetenschappers die doen aan 'popularisering' of 'outreach', maar populaire wetenschap is tevens een op zichzelf staand onderzoeksgebied. Het professionele veld omvat onder andere wetenschapsjournalistiek, wetenschapstentoonstellingen (bijvoorbeeld in musea en science centers), wetenschapsbeleid en de productie van media over wetenschap.
Wetenschapscommunicatie wordt door overheden en bedrijven gezien als iets belangrijks. In eerste instantie om interesse te wekken bij jongeren die naar aanleiding van die interesse wellicht een technische opleiding kiezen, iets wat de almaar groeiende vraag naar hoger opgeleide bèta's kan inlossen. Daarnaast zorgt verhoogde wetenschappelijke geletterdheid ervoor dat burgers een beter onderbouwde keuze kunnen maken of reactie kunnen geven.
Wetenschapscommunicators (wetenschapspapegaai) kunnen gebruikmaken van dezelfde methoden van entertainment en overtuigingskracht als in andere beroepen, zoals humor, verhalen vertellen en metaforen.[1][2] Soms worden ook wetenschappers getraind in de technieken die acteurs gebruiken.[3]