Top Qs
Tijdlijn
Chat
Perspectief
Toetsingsarrest
arrest van de Hoge Raad betreffende verordeningen van de bezetter Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
Remove ads
Het Toetsingsarrest[1] is een arrest van de Hoge Raad der Nederlanden, waarin de Hoge Raad bepaalde dat verordeningen van de Duitse bezetter kracht van wet hadden en dat het de rechter daarom niet was toegestaan ze te toetsen aan de Nederlandse Grondwet en internationaal recht, waaronder het Landoorlogreglement van 1907.
Remove ads
Casus
Een man wordt vanwege een economisch delict (kopen van varkensvlees zonder geldige bonnen) door de economische strafrechter van de rechtbank te Den Haag veroordeeld. Het oordeel hield in hoger beroep stand. De raadsman van de verdachte, de advocaat mr. P. Groeneboom, betoogde in zijn pleidooi voor de Hoge Raad op 27 oktober 1941 dat de rechter de bevoegdheid had verordeningen van de bezetter te toetsen aan het Landoorlogreglement, een decreet van de Führer en de eerste verordening van de rijkscommissaris.
Remove ads
Rechtsvraag
Is de Nederlandse rechter bevoegd om regelgeving van de Duitse bezetter te toetsen aan internationaal recht? (Nee)
Procesgang
Samenvatten
Perspectief
De Hoge Raad volgde echter de conclusie[2] van advocaat-generaal Adriaan Rombach en overwoog:
(...) dat mitsdien de uitvaardiging van het Besluit van den Secretaris-Generaal van het Departement van Justitie met betrekking tot de berechting van strafzaken, rakende het economische leven, afgekondigd in het Verordeningenblad voor het bezette Nederlandsche gebied (No. 71/1941), als een door de bezettende macht genomen maatregel van wetgevenden aard is te beschouwen en aan een zoodanig kracht van wet hebbend voorschrift onder de huidige omstandigheden het karakter van wet in den zin der Nederlandsche wetgeving niet kan worden ontzegd;
dat de Hooge Raad dan ook wanneer in cassatie wordt geklaagd over schending of verkeerde toepassing van zoodanig voorschrift, zulk een klacht pleegt te beschouwen als een klacht wegens schending of verkeerde toepassing der wet als bedoeld bij artikel 99 1e lid sub 2 der wet op de Rechterlijke Organisatie, en van die klacht kennis neemt;
dat echter de Nederlandsche rechter de innerlijke waarde of billijkheid eener wet niet mag beoordeelen en een wet niet mag toetsen aan een verdrag, zooals dat waarvan het Landoorlogreglement 1907 deel uitmaakt, en evenmin aan een voorschrift als het hiervoren genoemde Decreet van den Führer (...).
Nalatenschap
Wikiwand - on
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Remove ads