zijn

オランダ語

語源1

• 中期オランダ語 sijn < 古オランダ語 sīn。不定詞zijn と活用形のis 及びzijは更に印欧祖語 *h₁es-より派生。
• 不定詞 wezenからの活用形(w- から始まる命令形及び過去形)は中期オランダ語 wesen < 古オランダ語 wesan < ゲルマン祖語 *wesaną < 印欧祖語 *h₂wes-より。
• 最後に、ben 及び bent はゲルマン祖語 *beuną < 印欧祖語 *bʰuH-より。

発音

• IPA(?): /zɛi̯n/
• 音声 :

動詞

zijn (不規則)

1. （コピュラ）～である。
2. 居（い）る。存在する。

zijn (irregular, suppletive)の活用
不定詞	zijn
過去 単数形	was
過去分詞	geweest
不定詞	zijn
現在分詞	zijn 中性
動名詞	—
	現在形	過去形
第一人称単数	ben	was
第二人称単数 (jij)	bent	was
第二人称単数 (u)	bent, is	was
第二人称単数 (gij)	zijt	waart
第三人称単数	is	was
複数	zijn	waren
接続法単数1	zij	ware
接続法複数1	zijn	waren
命令法単数	wees, ben
命令法複数1	weest, zijt
分詞	zijnd	geweest
1) 古語.

類義語

• wezen
• bennen

派生語

• voorzijn
• welzijn

語源2

古オランダ語 sīn < ゲルマン祖語 *sīnaz < 印欧祖語 *seyno- < *swe

発音

• IPA: /zɛi̯n/ (強勢あり)
• IPA: /zən/ (強勢なし)
• 音声 :

限定詞

zijn (自立的用法 zijne, 縮約形 z'n)

1. 三人称単数hij, hetの所有格。

オランダ語の人称代名詞

	主格		目的格		所有格			再帰
単数	-	強勢なし	-	強勢なし	-	強勢なし	自立的用法
一人称	ik	'k1	mij	me	mijn	m'n1	mijne	me
二人称	jij	je	jou	je	jouw	je	jouwe	je
二人称 方言	gij	ge	u	–	uw	–	uwe	u
二人称 公式	u	–	u	–	uw	–	uwe	zich
三人称 男性	hij	ie1	hem	'm1	zijn	z'n1	zijne	zich
三人称 女性	zij	ze	haar	'r1, d'r1	haar	'r1, d'r1	hare	zich
三人称 中性	het	't1	het	't1	zijn	z'n1	zijne	zich
複数
一人称	wij	we	ons	–	ons, onze2	–	onze	ons
二人称	jullie	je	jullie	je	jullie	je	–	je
二人称 方言	gij	ge	u	–	uw	–	uwe	u
二人称 公式	u	–	u	–	uw	–	uwe	zich
三人称	zij	ze	hen3, hun4	ze	hun	–	hunne	zich
1) 書き言葉として共通ではない。 2) 形容詞のように曲用する。				3) 直接目的語（対格）として使用。 4) 間接目的語（与格）として使用。