Organomangaanchemie
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
In de organomangaanchemie worden verbindingen bestudeerd waarin een directe binding voorkomt tussen koolstof en mangaan. Zowel de synthese, reacties als technische toepassingen van deze verbindingen vormen het studiegebied van de organomangaanchemie. Mangaan is een metaal, dus de organomangaanchemie is een subdiscipline van de organometaalchemie. Mangaan is een veelvoorkomend, weinig toxisch en goedkoop element, alleen ijzer scoort beter op deze punten. Organomangaanverbindingen lijken daarmee grote mogelijkheden te bieden als reagens, katalysator, en zo voort. Deze verwachtingen worden, ondanks uitgebreide research, nu (2011) nog niet waargemaakt.[1]
De eerste organomangaanverbindingen zijn in 1937 gesynthetiseerd door Gilman en Bailee, uitgaande van fenyllithium en mangaan(II)jodide, waarbij fenylmangaanjodide (PhMnI) en difenylmangaan (Ph2Mn) ontstonden.
De reactiviteit van de organomangaanverbindingen is vergelijkbaar met die van organomagnesium- en organozinkverbindingen. De elektronegativiteit van mangaan (1.55) is vergelijkbaar met die van magnesium (1.55) en zink (1.65), waardoor het koolstofatoom (EN = 2,55) negatief geladen en dus nucleofiel wordt. Ook de elektrodepotentiaal van mangaan ligt tussen die van magnesium en zink. Het voornaamste nadeel van organomangaanverbindingen is dat ze lastig direct uit het metaal te synthetiseren zijn.