Sociale psychologie
de wetenschappelijke studie van sociale effecten op de gedachten, de gevoelens en het gedrag van mensen / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Sociale psychologie wordt door Floyd Henry Allport gedefinieerd als de wetenschappelijke studie naar menselijk gedrag en bewustzijn (1924). Zijn broer Gordon Allport concretiseerde deze definitie, jaren later, als 'de studie naar hoe (menselijke) gedachten, gevoelens en gedragingen worden beïnvloed door de werkelijke, ingebeelde of gewenste aanwezigheid van anderen'. De 'invloed van ingebeelde anderen' betreft de invloed op gedrag en bewustzijn, door bijvoorbeeld televisie of culturele normen.
Sociaalpsychologen, om te beginnen met Sigmund Freud, verklaren menselijk gedrag als het samengaan van respectievelijk persoonlijke factoren, sociale interacties, en de geschiedenis voorafgaand aan de situatie.
De sociale psychologie onderbouwt hypotheses door kwalitatief en kwantitatief onderzoek. Er wordt met name gepubliceerd over experimentele en vragenlijst-studies. Een beperking van het vakgebied is dat de theorieën specifiek kunnen zijn, en niet breder toepasbaar. De accuratesse is echter vrij hoog. De voorspellende waarde voor het alledaagse gedrag dient situationeel bekeken te worden omdat de interactie met de omgeving en de historie, zoals eerder geschetst, van invloed zijn.
Sociale psychologie is een toepassingsgebied, dat de kloof tussen psychologie en sociologie verkleint. De focus ligt op het onderzoeken van individuele reacties op sociaal relevante stimuli (prikkels, omgevingsinvloeden), en deze te vertalen in praktisch toepasbare concepten. Dit is een belangrijk onderscheid met de veel algemenere opzet van de sociologie, die bijvoorbeeld landen of volkeren bestudeert, en met de algemene psychologie. In de jaren direct na de Tweede Wereldoorlog werd er frequent samengewerkt tussen psychologen en sociologen (Sewell, 1989). Echter, de twee stromingen zijn de laatste jaren toenemend gespecialiseerd en gescheiden van elkaar, zoals bij vele wetenschappen het geval is. Sociologen leggen de nadruk op "macrovariabelen" (bijvoorbeeld sociale structuren), sociaal psychologen op microvariabelen (sociaal relevante stimuli voor het individu).
Er is een verschil tussen Amerikaanse en Europese sociaal psychologen. Traditioneel onderzoeken Europese sociaal psychologen proefpersonen binnen een groep, terwijl hun Amerikaanse collega's de nadruk leggen op het individu. (Moscovici & Markova, 2006). De Amerikaanse sociale psychologie heeft bovendien een voorkeur voor experimentele studies, terwijl de Europese Sociale Psychologie vaker ruimte laat voor interpretatieve en mixed-method studies, en een bredere opvatting heeft van de definitie van de term sociaal (Moscovici, 2000).