Luxemburgs

Germaanse taal of taalvariëteit die in Luxemburg wordt gesproken / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Luxemburgs of Letzeburgs (Lëtzebuergesch) is een taal[2] die in ruimere zin – als variant binnen het Moezelfrankisch – wordt gesproken in het Groothertogdom Luxemburg, rond Aarlen (Frans: Arlon, Luxemburgs: Arel), en in het noorden van Lotharingen, rond Thionville (Luxemburgs: Diddenuewen). In deze gebieden samen spreken ongeveer 300.000 personen Luxemburgs. Daarnaast wordt de taal in België rond Sankt Vith (Luxemburgs: Zënt-Vaït) gesproken, in het oostelijk deel van de Belgische provincie Luxemburg en in een klein stuk van Duitsland, namelijk de westelijke Eifel, rond Bitburg (Luxemburgs: Béibreg). Deze taal heet in Luxemburg Lëtzebuergesch en wordt door de inheemse bevolking van het Groothertogdom Luxemburg in het dagelijks leven als omgangstaal gebruikt en door een aanzienlijk deel van de daar woonachtige buitenlanders verstaan. In Luxemburg is de taal als algemene omgangstaal en als officiële taal erkend, nochtans in die functie weinig gebruikt. Het Luxemburgs is buiten Luxemburg in en rond Aarlen en Thionville alleen bij de oudere generatie nog in onderling gebruik.

Quick facts: Luxemburgs, Letzeburgs Lëtzebuergesch, Gespr...
Luxemburgs, Letzeburgs
Lëtzebuergesch
Gesproken in Luxemburg, Duitsland, Frankrijk, België
Sprekers ca. 390.000[1]
Rang niet in de top 100
Taalfamilie
Alfabet Latijns
Officiële status
Officieel in
Taalorganisatie Conseil Permanent de la Langue Luxembourgeoise (CPLL)
Taalcodes
ISO 639-1 lb
ISO 639-2 ltz
ISO 639-3 ltz
Luxemburgs.png
Verspreidingsgebied van de Luxemburgse taal (gearceerd)
en daaraan gerelateerde Moezelfrankische dialecten.
Portaal  Portaalicoon   Taal
Close

Door de onaangename herinneringen aan de Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog willen veel Luxemburgers hun taal geen Duits dialect meer noemen. Zij vinden dat Luxemburgs als een aparte taal moet worden beschouwd en hebben daarvoor de erkenning gekregen. De schrijfwijze van het Luxemburgs, die taalhistorisch bij het Duits zou moeten aansluiten, is daarom na de oorlog aangepast aan de Franse klankweergave, zie de voorbeelden hieronder. Nu zijn de verschillen met het Hoogduits inderdaad zo groot dat wie alleen Hoogduits kent (grote) moeite heeft om Luxemburgs te verstaan. Aan de andere kant zijn de verschillen tussen Luxemburgs en Hoogduits geringer dan tussen bijvoorbeeld de standaardtalen Nederlands (een vorm van Nederfrankisch) en Duits (eigenlijk een gestandaardiseerde vorm van Hoogduits). Zelfstandige naamwoorden worden in het Luxemburgs met een hoofdletter geschreven.