Loading AI tools
waterweg Van Wikipedia, de vrije encyclopedie
Een kanaal is een waterloop die, geheel of in grote mate, tot stand is gebracht door het ingrijpen van de mens. Bekende kanalen zijn het Suezkanaal in Egypte en het Panamakanaal in Centraal-Amerika.
Tot ±1850 was het vervoer over water altijd goedkoper en vaak ook sneller dan over land. Dat kwam doordat vaartuigen grotere ladingen konden vervoeren dan karren en doordat de onverharde wegen moeilijk begaanbaar waren. De voorlopers van de kanalen waren grachten ter irrigatie, die al bestonden in Soemer en het oude Egypte. In het oude China "van de Strijdende Staten" (±500–±300 voor Chr.) begon men voor het eerst scheepvaartkanalen te graven, wanneer het opstuwen, verdiepen of verbreden van de rivieren niet langer volstond. Door aaneensluiting van zulke kanalen zou later het Grote Kanaal ontstaan. Het grootste Europese kanaal in de klassieke oudheid lag in de zeehaven Portus.
Omstreeks 1000 werd in China het principe van de schutkolk bedacht, waarmee de sluis geboren was. In Europa geldt de sluis van Vreeswijk (1373) als één der eerst vermelde sluizen. In de Povlakte, Holland en Vlaanderen werd de waterbouwkunde, onder impuls van de handel en de inpoldering, verder geperfectioneerd. De bloeiperiode van de Europese kanalen brak aan in de 17e en 18e eeuw, toen diverse landen streefden naar een bevordering van hun interne handel. Grote projecten waren de Fossa Eugeniana in de Lage Landen en het canal du Midi in het koninkrijk Frankrijk. Ook in de 19e eeuw werden lange kanalen gegraven, met in de Nederlanden het grand Canal du Nord en de Zuid-Willemsvaart. Toch bracht de concurrentie van de goedkopere en snellere spoorwegen al gauw de rendabiliteit van nieuwe kanalen in gevaar.
Vóór de Industriële revolutie volstonden kanalen met een maximale breedte van 10 m en een maximale tonnenmaat van 200 ton. De binnenvaartboten moesten meestal vanaf de kant getrokken worden door mens of paard, vandaar de benaming "trekschuit". Om die reden werden op beide kanaaloevers jaagpaden aangelegd. Omstreeks 1850 deden de stoomboten hun intrede, voor het vervoer van zowel goederen als passagiers. De eerste stoomboten werden ingezet om barges te trekken of te duwen. Dankzij de motorisering nam de meest voorkomende tonnenmaat op de Nederlands-Belgische kanalen toe tot 600 ton (type Kempenaar).
Vanaf 1900 werden de motoren snel krachtiger en de schepen groter. Na de Tweede Wereldoorlog ontstond het transport van goederen in de vorm van containers. Dit medium haalde het vervoer van grote vrachten en over grote afstanden terug naar de waterwegen. O.a. het Amsterdam-Rijnkanaal en het Albertkanaal zijn aangepast (op vlak van o.m. diepte, doorvaarthoogte, uitlijning van bochten en bescherming tegen golfslag) om de nieuw ontstane duwvaart aan te kunnen.
Kanalen kunnen meerdere functies vervullen.
Ook op vlak van het horizontale en verticale traject dat de ingenieurs uittekenden, bestaat er een indeling:
Een derde criterium voor categorisatie is het niveau van het waterpeil:
Bij het ontwerp of de modernisering van een kanaal wordt rekening gehouden met de toekomstige scheepvaart. Het kanaal moet groot genoeg zijn opdat de schepen elkaar veilig passeren en tegen een redelijke snelheid kunnen varen. Vuistregels hierbij zijn dat het kanaal zesmaal breder en ±1,50 m dieper moet zijn dan de schepen die er zullen varen. De indeling van kanalen naargelang van scheepstype is dan een logisch gevolg. De maatstaven voor het indelen van een vaarweg zijn de lengte, de breedte en het laadvermogen van het grootste vaartuig of duwstel dat toegelaten wordt. Sinds 1954 en 1992 zijn alle vaarwegen in Europa geklasseerd in zes hoofdmaten.
|
|
|
|
|
Seamless Wikipedia browsing. On steroids.
Every time you click a link to Wikipedia, Wiktionary or Wikiquote in your browser's search results, it will show the modern Wikiwand interface.
Wikiwand extension is a five stars, simple, with minimum permission required to keep your browsing private, safe and transparent.